zondag 10 oktober 2010

Samenvatting week 4 Denise

Hoofdstuk 4: Social media

De consument staat centraal, de consument gaat niet langer passief met media om, maar draagt zelf ook bij aan de totstandkomng en groei. De consument van tegenwoordig krijgt steeds meer een participerende, dominante rol. Het is belangrijk om te weten voordat je een strategie gaat ontwikkelen wat de doelgroep beweegt en wat deze met media doet.Filosoof Joost Reassend onderscheidt drie kenmerken voor de mate van participtatie:
interpretatie; het publiek is actief betrokken bij de betekenisbepaling van een cultuuruiting.
reconfiguratie: De gebruiker heeft de mogelijkheid om een bepaalde omgeving op actieve wijze vorm te geven of te configureren door te selecteren. Voorbeelden: weblogs, hyves, youtube.
Constructie: het toevoegen van nieuwe elementen door bijvoorbeeld zelf nieuwe aplicaties te maken of door al bestaande applicaties te modiiceren ook wel cocreatie genoemd.
Generatie C
Binnen de participatiecultuur wordt de consument aangeduid met de term ‘Generatie C’. Deze mensen (vooral jongeren) die ongeacht hun leeftijd informatie op het internet beschikbaar stellen en privacy soms nauwelijks belangrijk lijken te vinden. Ze zijn belangrijk voor het effect van crossmediaconcepten. Ze delen boodschappen met vrienden. Zo kun je een strategie ontwikkelen die veel publiciteit kan genereren.

De sleutelwoorden bij sociale media zijn ‘samenwerken’en ‘informatie delen’. Het bestaat uit intereactie tussen mensen. Er is dus sprake van verkeer over en weer.

Kenmerken van sociale media:
Communicatie in de vorm van conversatie/dialoog
Actueel: de inhoud wordt continu geüpdatet
Deelnemers zijn mensen en geen organisaties
Openheid en transparantie
De inhoud is deelbaar via de niieuwste technologie door middel van gadgets en embed-codes.
Samenwerken, maken, pull-in in plaats van push-medium.
Toegankelijk
Makkelijk doorzoekbaar en democratisch georganiseerd


Eigenschappen van de nieuwe media
Bij sociale media is er ook een bepaalde wisselwerking: dit wordt de intermedialiteit van sociale media genoemd.
Multimedialiteit  De combinatie van woord, beeld en geluid.Bijvoorbeeld: de VPRO heeft een website, een tv-programma en radio.
Virtualiteit: Een denkbeeldige wereld creeeren die schijnbaar aanwezig is. Bijvoorbeeld Habbo Hotel en Second Life.
Interactiviteit: De mate waarin gebruikers ’s la minute kunnen meewerken aan het veranderen van de vorm en de inhoud van een door een tussenpersoon gestuurde omgeving.
Connectiviteit: Je computer die verbonden is aan je telefoon of een ipod die verbinding heeft met een notebook.
Intermedialiteit: Een wiselwerking. De realtie tussen verschi.llende media.
MAsh –up: hierbij combineren websites twee of meer bestaande, externe databronnen op het internet, met als resultaat nieuwe informatie, vaak gepresenteerd in en verrassende interface.. Bijvoorbeeld Google Maps en RSS-feeds.
Samenvattend kunnen we zeggen dat sociale media een belangrijke schakel vormen voor crossmedialiteit zeker wanneer je je richt op de jonge doelgroepen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten